Ik ontdekte Lourdes in 2017, tijdens een bedevaart die in Rome was begonnen. Daar, bij een piëta, voel ik zowel de pijn van Maria als een grote vrede. In Lourdes, in de Baden, eerst onder de indruk, vind ik het water heel koud, maar daarna ben ik heel vlug aangetrokken door de blik van Maria op mij, dat van het beeldje boven het Bad. Te gelijk overweldigt me een zachte warmte. Dat gevoel was heel vluchtig. De volgende dag, ondanks het voorziene programma, hoor ik als het ware een uitnodiging om naar de Baden terug te gaan. Deze keer, onder het oog van de zeer geruststellende dames, begrijp ik dat Maria aanwezig is. Zij wacht op mij. Zodra mijn voet het water raakt vind ik het warm en een warmte vervult mij van kop tot teen. Mijn hartslag versnelt. En heel de tijd die innerlijke vrede. Ik hoor dan in mijn oren en in mijn hart een klein stemmetje: “Kom mij helpen bij de mensen die lijden.” Nog altijd heel kalm omhels ik de ziekenhelpsters. Bij het naar buiten gaan zoek ik inlichtingen om te weten hoe ik het Heiligdom kan bijstaan, geleid door de Voorzienigheid.
Na Lourdes ging de bedevaart verder naar Fatima, waar Maria mij ook opwachtte. Tijdens een biecht wijdt de priester mij toe aan Maria. Ik hoor opnieuw: “Om de lijdende mensen te helpen, de moeders die een kindje hebben verloren.” Ik ween van vreugde. Ik kom thuis, en ondanks verschillende sterfgevallen en een verkeersongeval die mijn reis meerdere keren deden uitstellen, houd ik vast aan mijn belofte naar Lourdes terug te gaan.
Een jaar later, ik ben vrijwilligster in het Heiligdom…
In 2018, amper toegekomen haast ik mij naar de Gekroonde Lieve Vrouw: “Ik ben er, mama!” Ik heb gevoeld hoe ze mij omarmde. Bij elke dienst die ik verleen in het Heiligdom voel ik mij zoals thuis. Ik ben niet meer alleen. Ik beschrijf wat ik heb gevoeld als de letter L: ik ontving van de hemel (I) en ik moet geven (_).